Dag 12, maandag 3 augustus: doel bereikt!

[Pablo:] Onze laatste fietsdag begint rustiger dan we gewend zijn: pas om half negen bestellen we beneden in het hotel cafés con leche en delen we ons dagelijks croissantje. Er worden vandaag veel wolken voorspeld, en tot de lunch is er geen hitte (maar dan 25C+). Omdat er geen twijfel mogelijk is over onze eindbestemming kunnen we ook al een hotel regelen in Santiago. We bekijken een paar opties op Booking.com en Pap belt er eentje op om te reserveren. Een verblijf van twee nachten waar dan ook is bijzonder, maar in Santiago is het een des te rijkere beloning – dan hebben we de tijd om ons reisdoel te savoureren.

 

Het voelt heerlijk om weer op de fiets te zitten. Wat een ontzettende vrijheid beleef je meteen! Aan het einde van het drukke doorgangsdorpje Melide wijkt de route van Clemens af naar links, en plonzen we de bossen in. We zien rustig, fris, overweldigend groen. De vegetatie heeft werkelijk niets te maken met de boom- en dus schaduwloze steppes van Castilla, en we moeten voor de tweede keer onze windjacks aandoen.

 

Als we een half uur onderweg zijn, komen we de andere twee Nederlandse discipelen van Clemens nogmaals tegen – dezelfde als bij León. Ditmaal voeren we een kort gesprekje, terwijl we de Galicische heuvels op en af fietsen. Ze vertellen dat ze uit Leiden komen en dat ze bij voorkeur in albergues (herbergen met slaapzalen) slapen: “Daar kun je vaak voor 5 of 10 euro per nacht slapen”, zeggen ze enthousiast. Ook voor het eten zoeken ze de goedkoopste opties uit. Als ik het lovend heb over de drie-gangen menuutjes del dia voor 12 euro blijkt dat nog te duur: “Wij doen vaak liever een half menu, dan krijg je voor 7 euro een hoofdgerecht. Je vraagt je wel af hoe ze überhaupt overeind staan.” – zeker niet door jullie genereuze uitgaves, denk ik bij mezelf. Maar het is natuurlijk ook waar dat ik niet in andermans portemonnee kan kijken. Wij voelen ons bevoorrecht dat we kunnen slapen in goedkope hotelletjes en in restaurantjes niet op elke cent hoeven te letten.  

 

Na een snelle afdaling moeten we opeens een steile heuvel omhoog, maar Pap en ik schakelen minder goed dan zij en ze fietsen ons er snel uit. Grappig hoe zo’n ontmoeting op de fiets opeens weer voorbij is.

 

In Touro doen we nog een klein drankje en wat water bij een cafeetje. Een stuk of 15 mannen hangen daar aan de bar, om halfeen, op een maandag notabene. Ik vind het een raar zicht.

 

Het hotel in Santiago stuurt ondertussen een bevestiging en Nick blijkt onze overwegingen over de ethiek van het Booking systeem te hebben meegekregen. Doet men iets moreels fout door Booking te gebruiken zonder via Booking te reserveren, en in plaats daarvan het hotel direct op te bellen? Pap vindt van niet. Ik van wel. Je mag Booking als bedrijf meer of minder op prijs stellen, maar dat moet je er even buiten laten om de vraag te beantwoorden:

 

1e Vaststelling: Je benut een service – namelijk dat Booking ons van informatie over allerlei hotels voorziet, met hun prijzen om ze te kunnen vergelijken.

 

2e Vaststelling: Die service heeft ook een kost om hem aan te bieden: salarissen, servers, websiteonderhoud… En ze verdienen die investeringen terug dankzij de commissies die ze krijgen van elke reservering via de app – laten we voor het gemak aannemen dat ze geen geld verdienen aan reclame.

 

Conclusie: Als je het hotel opbelt nadat je Booking hebt gebruikt doe je iets moreel fout omdat je een service benut maar er niet voor betaalt – freeriden noemen economen dit.

Dat Booking daarna staatsteun aan de overheid vraagt ivm Corona, terwijl het bedrijf vorig jaar ruime winst maakte, is inderdaad zorgwekkend, maar dat is een aparte kwestie.

 

Pap redeneert dat hun businessmodel al rekening houdt met het feit dat meerdere mensen het hotel direct opbellen. Als Booking dat wil bestrijden kan het een toegangsprijs heffen voor gebruik van de website. 


Ik stem in dat het niet illegaal is wat we doen, en dat Booking waarschijnlijk op de hoogte is dat mensen hun website zo gebruiken, maar ik geef dan een paar voorbeelden van wat ze in economie ‘openbare goederen’ noemen: public goods. Dat zijn goederen waarvan, als iedereen erop zou rekenen dat anderen betalen, terwijl ze niet kunnen worden uitgesloten van de benutting van dat goed, ze niet zouden kunnen blijven bestaan. Voorbeelden: straatverlichting (als er eenmaal straatlampen zijn kun je moeilijk discrimineren tussen wie wel van dat licht mag genieten en wie niet), bruggen en wegen (behalve als er een tol is), etc. Daar betalen we dus met belastingen voor en zit een wettelijke verplichting achter – maar het idee is vergelijkbaar.

 

Deze discussie houdt ons lang bezig, maar dat blijkt een nuttige afleiding – Carlien is als verkenner vooruitgereden en waarschuwt ons dat er vóór Santiago geen echte lunchplek is. Pittig maar goed voor de lijn. Het laatste stuk fietsen door Galicië blijkt overigens een van de moeilijkste delen van de hele reis te zijn. Er is geen één stuk dat plat of zelfs vals plat is – alles is een aaneenkoppeling van uitgestrekte klimmetjes gevolgd door afdalingen die zo snel voorbij zijn dat je niet eens echt bijkomt. Het lijkt wel de ultieme test voor de pelgrim: “Wil dit wel echt halen?” “Hoe graag wil je nou echt Santiago bereiken?” “Ben je geen flutpelgrim?”

 

Achter de eindeloze maisheuvels en eucalyptusbossen verschijnt uiteindelijk Santiago – een stad die even steil en heuvelachtig is als het terrein daarvoor. We gaan direct naar de Kathedraal. Die biedt ondanks de restauratie een imposant beeld. Na een triomfantelijk biertje bij een barretje genieten we van een herstellende douche en gaan op pad, onze ogen uitkijkend van hoe mooi deze stad is. Carlien biedt ons een heerlijk feestmaal aan in restaurant A Noiesa, waar we de rijke Galicische visgastronomie savoureren: inktvis, gambones, coquilles, maar ook croquetas en artisjokken.

 

Hoewel het gevoel bij aankomst niet onmiddellijk voldoening gevend was, word ik er me langzamerhand van bewust dat die voldoening niet in één klap komt. Ik weet zeker dat ik nog een lange tijd zal terugdenken aan deze reis. Ik ga profijt hebben van mijn veel grondigere kennis van het noorden van Spanje… tevreden dat ik me iets kan verbeelden bij de befaamde Campos de Castilla waar Antonio Machado over verhaalde. Met anderen die ook de Camino hebben gewandeld of gefietst zal ik voortaan een hechtere band kunnen ontwikkelen. De beloning van je Camino ontvang je dus niet plotseling als een snelle afdaling na een steile klim, maar wordt zodanig uitgerekt dat je het genot in de reis en niet in de bestemming moet vinden. In de woorden van Antonio Machado:

 

"Caminante, son tus huellas

el camino, y nada más;

caminante, no hay camino:

se hace camino al andar.

Al andar se hace camino,

y al volver la vista atrás

se ve la senda que nunca

se ha de volver a pisar.

Caminante, no hay camino,

sino estelas en la mar. …. "

Statistieken: 

Melide-Santiago: 65,24 km
Effectieve reistijd: 4:31 h
Gem. snelheid: 14,3 km/h
Topsnelheid: 59 hm/h
Totaal afgelegde afstand: 1047,82 + 10 (te laat kilometer teller aanzetten) = 1057,82 km
Reistijd: 12 dagen. Gemiddeld per dag: 88,15 km
 




































Reacties

Populaire posts van deze blog

Dag 11, zondag 2 augustus: heuvel op, heuvel af

Dag 7, woensdag 29 juli: 155 km en een prijsvraag